Klimaatverandering? Pak overbevolking aan: “Er rust een taboe op, en dat is vrij nieuw”

In 2100 zal het aantal aardbewoners pieken op elf miljard. En dat remt de bestrijding van de armoede en de klimaatverandering, meent ethicus Peter Singer (72). Waarom praten we er dan niet over? 
Peter Singer is professor bio-ethiek aan Princeton University. Al zijn hele carrière als moraalfilosoof trekt hij zich het lot van de minderbedeelden aan. Hij brak in de jaren 70 door met zijn boek ‘Animal Liberation’, waarin hij de basis legde voor de beweging van vegetariërs en veganisten, die het leed van dieren willen verzachten. Wereldberoemd werd zijn ethische vraagstuk over het meisje dat je in een vijver ziet verdrinken: spring je in het water om haar te redden, ook al ruïneer je daarmee je nieuwe schoenen? Zo ja, zijn we dan niet moreel verplicht om meer te geven aan liefdadigheid, en zo levens van arme mensen te redden? 
Singer meent van wel. Met zijn boek ‘Het kan wel!’ zorgde hij bijna tien jaar geleden voor de opkomst van ‘effectief altruïsme’, ofwel: zo goed mogelijk goed doen. Hij heeft er wereldwijd ontelbare lezingen over gegeven. Altijd was er wel iemand in de zaal bij wie het knaagde: hoe meer levens je redt, hoe meer mensen er zullen zijn. En raakt de wereld niet overbevolkt? Richten we de aarde daarmee niet te gronde? Singer besloot om die vraag grondiger te onderzoeken en raakte gealarmeerd.
“De snelle bevolkingsgroei is een serieuze belemmering bij de aanpak van de klimaatverandering en de wereldwijde armoede. En wat nog erger is: het onderwerp is onbespreekbaar.”

Als de klimaatverandering u zorgen baart, kunt u dan niet beter pleiten voor minder CO2-uitstoot of minder veeteelt?
“Er is nog altijd geen manier om energie uit zon en wind op te schalen en betaalbaar te maken. En er zijn nog geen populaire vleesvervangers die al het vlees overbodig maken. Tegelijk willen steeds meer mensen een westerse levensstijl. Dan is het een grote gok om te hopen dat betere technologieën het probleem zullen oplossen.
“Het is moeilijk om de toekomst te voorspellen. De predikant Thomas Malthus in de 18de eeuw en de bioloog Paul Ehrlich in de jaren 60 konden niet voorzien dat we nu méér voedsel verbouwen op minder land. Daarom moeten we uiterst voorzichtig zijn. We hebben namelijk geen weet van mogelijke technische doorbraken. Dat alarmerende voorspellingen van vroeger verkeerd waren, wil niet zeggen dat onze huidige zorgen ongegrond zijn.”

Veruit de meeste bevolkingsgroei zal deze eeuw in Afrika plaatsvinden. Is het geen verkapt racisme om te waarschuwen voor overbevolking?
“Ik ben me bewust van de kolonialistische echo’s als wij, welgestelde blanken, aan Afrikanen vertellen wat ze wel en niet mogen doen. Dat verklaart mede het taboe op dat thema. Ik erken dat racisten de argumentatie kunnen aangrijpen voor eigen gewin. Maar dat betekent niet dat iedereen die de discussie over bevolkingsgroei wil aangaan, per definitie een racist is.”

Afrika stoot lang niet de meeste CO2 uit.
“Dat klopt. In sommige Afrikaanse landen, zoals Burundi en Somalië, is de CO2-uitstoot per hoofd van de bevolking, gemeten in tonnen, zo laag dat hij wordt afgerond op 0,0. De VS stoten 16,5 ton uit, 10 ton meer dan het gemiddelde in de Europese Unie. En de bevolking in de VS zal deze eeuw nog met zo’n 120 miljoen mensen groeien. Als we de klimaatverandering willen bestrijden, zou het beter zijn als er minder Amerikanen zouden komen, want zij stoten veel meer broeikasgassen uit dan de 600 miljoen Nigerianen die er nog bij zullen komen.”

De bevolkingsgroei bemoeilijkt volgens u ook de armoedebestrijding.
“Ja, maar op dat vlak ben ik optimistischer. Het aantal mensen dat leeft van minder dan 1,90 dollar per dag, daalt spectaculair. Ook andere criteria verbeteren, zoals het aantal kinderen dat zijn 5de verjaardag kan vieren, het aantal mensen dat geletterd is of dat sanitaire voorzieningen heeft. Maar het is best mogelijk dat een verdere bevolkingsgroei het moeilijker zal maken om die positieve trend door te trekken. Op een bepaald moment heb je veel meer kinderen dan mensen die beroepshalve actief zijn. Ik denk daarom dat we een betere kans maken om zowel de klimaatverandering als de armoede te bestrijden als de bevolking minder snel groeit. Maar er rust een taboe op overbevolking, en dat is vrij nieuw. In de jaren 60 en 70 verschenen er boeken over, en tot in de jaren 90 organiseerden de VN er internationale conferenties over. Maar plots werd er gezwegen.”

De Wereldbank, de Amerikaanse National Academy of Sciences en de Royal Society of London hebben er toch over gerapporteerd? Wetenschappers als David Attenborough en Jane Goodall publiceren erover, en schrijvers als Jonathan Franzen en Dan Brown laten zich horen.
“Ja, maar de bevolkingsgroei staat níét op de internationale agenda. De Duurzame Ontwikkelingsdoelen, een ontwikkelingsagenda van de Verenigde Naties voor 2030, sommen zeventien doelstellingen op, en niet één daarvan gaat over de omvang van de wereldbevolking. Dat vind ik opmerkelijk.”

Er wordt wel gesproken over het recht op voortplanting.
“Dat is iets anders. Vrouwen hebben het recht om de baas te zijn over hun vruchtbaarheid, dus ze mogen kiezen voor anticonceptiemiddelen en een klein gezin, maar ze mogen óók kiezen voor zeven kinderen. Het recht op voortplanting werkt in de twee richtingen. We mogen de keuze van vrouwen niet beïnvloeden.”

En dat zou u liever wel doen?
“Ik vind niet dat je vrouwen ergens toe moet dwingen. In de jaren 70 hebben landen als China en India dwangmaatregelen opgelegd, die soms veel te bruut waren. In China was sprake van gedwongen abortussen en vrouwen moesten iedere vier weken hun menstruatiebloed laten zien. Die ervaringen hebben bijgedragen aan het taboe. Maar sommige demografen zeggen dat het beleid succesvol was en dat er daardoor vandaag vierhonderd miljoen Chinezen minder zijn.”

Is het geen mensenrecht om zelf te bepalen hoeveel kinderen je wilt?
“In een wereld waarin broeikasgassen effect hebben op iedereen, kan dat recht niet absoluut zijn. Individuele rechten moeten we altijd afwegen tegen verplichtingen die we tegenover andere mensen en toekomstige generaties hebben.
“Maar zelfs als je vindt dat je zoveel kinderen op de wereld mag zetten als je wilt, zijn er manieren denkbaar om dat aantal terug te dringen zonder dat recht te schenden. We kunnen er bijvoorbeeld voor zorgen dat meisjes naar school gaan, dat ze niet als kind moeten trouwen en dat vrouwen betere toegang hebben tot anticonceptie. Dat kan bijvoorbeeld door ze te belonen met geld, voedsel of een smartphone. Dan is er geen sprake van dwang, maar van een prikkel.”

En wie bezorgd is over de bevolkingsgroei, kan maar beter niet aan kinderen beginnen?
“Daar ben ik niet van overtuigd. Als mensen met verantwoordelijkheidsgevoel wél kinderen krijgen, kunnen ze die wijzen op het belang om goed voor de wereld te zorgen. Als zij kinderloos blijven, geeft niemand die zorg nog door.”

Uw eerdere boeken hebben tot bewegingen van vegetariërs en altruïsten geleid. Wat staat ons te wachten als u een boek over de bevolkingsgroei gaat schrijven?
“Hopelijk zal het taboe verdwijnen, zodat jongere academici erover publiceren en mensen zich steeds meer bewust worden van de implicaties van de bevolkingsgroei. Ik besef ook dat mijn verhaal munitie geeft aan rechtse politici die tegen migratie zijn. Zij zullen tegen kiezers zeggen: ‘Als u nu al bezorgd bent over al die Afrikanen die uw land binnenkomen, wacht dan maar tot er miljarden meer zijn in de nabije toekomst.’ Dat vind ik zorgelijk, want dat is niet mijn boodschap.”

Hoeveel verantwoordelijkheid bent u bereid te nemen als uw lezers radicaliseren?
“Tja, er kan altijd een militante groep opstaan. Dat is ook bij de beweging voor de dierenrechten gebeurd. Sommige activisten gingen laboratoria saboteren waar dierproeven werden gehouden. Maar geweld heb ik altijd afgekeurd. Als ik een boek over de bevolkingsgroei ga schrijven, is het mogelijk dat lezers zullen overgaan tot militante acties. Daar kan ik weinig tegen beginnen. Het enige wat ik kan doen, is duidelijk maken dat er vermoedelijk een probleem is met bevolkingsgroei en dat ik tegen dwangmaatregelen ben.”

 

Bron: Marco Visscher, via Humo in De Morgen – 20 september 2018

Een reactie plaatsen